SCHRIJVER

IJsprettiggestoord

Gepost door: In: Bijzonder Alledaags 13 Feb 2014 Reactie: 0

Weissensee 6Er hangt een donkere nevel boven het witte dichtgevroren weer. Het is half zes in de morgen. Half naakt sta ik in de deuropening. De vrieskou slaat vreemd genoeg behaaglijk en welkom tegen mijn nog slaapwarme lijf. Ik rek mijn lichaam uit. Elke spier, elke pees, elke vezel moet deze morgen wakker worden. Vandaag gaat het gebeuren! Vandaag start ik, samen met de vier andere leden van ‘team Foske’, om de Alternatieve Elfstedentocht uit te rijden.

 

Je denkt bij het schaatsen van de Friese Elfstedentocht aan nostalgische taferelen; met erwtensoep, Fries suikerbrood, kruidkoeken van Wieger Ketellapper en Unox worsten. Sowieso verwacht je een oranje zee van die Unox mutsen, handschoenen en andere carnavaleske frivoliteiten langs de route.

 

De Elfstedentocht bestaat altijd alleen in herinneringen van lang geleden. Tijden waarin de-man-met-de-hamer je ergens langs het ijs stond op te wachten en dan gewoon een rechtse directe tegen zijn kanis kreeg voordat hij met zijn hamertje tik kon toeslaan. Tijden waarin een ouwe stoemper met ijs in de baard na honderd kilometer door een stads verslaggevertje in een dikke te fel gekleurde donsjas om commentaar wordt gevraagd, waarop die ijsbaard met een afgevroren ledemaat naar de camera zwaait en met een door valpartijen bebloede bek zegt: ‘Mooi man!’ Dat soort tijden.

 

Weissensee 5Op de Weissensee zoeken om half zeven ’s ochtends half slaapwandelede amateur atleten in het schemerdonker een vrij plaatsje op een van de wankele houten opklapbanken in het Parc Ferme; de omkleedplek. Zwijgend binden wij onze ijzers onder de schoenen. Bijna letterlijk, want de Alternatieve Elfstedentocht wordt tegenwoordig massaal gereden op de moderne variant van de ouderwetse Friese doorloper: Een soort langlaufschoen waar aluminium ijzers onder worden geklikt. Met deze schaatsen rijd je gemakkelijker door de schuren en het kruimige fondantijs heen.

 

In vijf vakken wachten de dertienhonderd schaatsers vervolgens in de ochtendschemer tot het zeven uur is. Adem slaat als rijp tegen je bivakmuts. En dan valt het kanonschot. Dwars door de kruitdampen snellen de voorste rijders naar voren, onder het startdoek door. De derde Alternatieve Elfstedentocht van 2014 is begonnen! Het peloton is in beweging, maar moet nog op gang komen. Traag rijden we gezamenlijk de eerste bocht door. Langzaam rekt de groep schaatsers uit tot een lang lint dat in acht bochten over de Weissensee zal slingeren. Zestien rondes van twaalf en een halve kilometer, tweehonderd in totaal.

 

Zodra de ruimte op het ijs het toelaat worden er treintjes gevormd. Eerst klitten de schaatsers samen die hier als groep naartoe zijn gekomen. Gekromde ruggen in sponsorkleding van lokale middenstanders: bakkers, slagers, assurantiën, schaatsclubs, heel veel kleine bouwondernemingen en de onvermijdelijke goede doelen die als sponsordoel dienen voor hen die nog een extra motivatie zochten om de Tocht der Tochten te schaatsen, in Oostenrijk.

 

In de vroegte begint deze lange dag. Ik voel me sterk. Heel sterk. Met gemak schaats ik aan kop van ons treintje. Met mijn kop in de wind voer ik de troepen aan. Slag na slag. Kop over kop. Bocht na bocht. En ronde na ronde. De gedegen voorbereiding moet zich nu uitbetalen. Twee dagen tegen heug en meug borden pasta eten om koolhydraten te stapelen. Een maand lang mijn baard laten staan voor de warmte, en die felbegeerde ijspegel… Duizenden ultra saaie trainingsrondjes op de schaatsbaan. Nu worden de mannen van de jongens gescheiden.

 

Maar er waren ook heimelijke voorbereidingen om nu uit ‘geheime’ vaatjes energie te kunnen tappen. Het begon allemaal toen één lid van Team Foske tijdens een training zo nonchalant mogelijk zei: ‘Ik heb een gelletje gekocht.’ Het leek een onschuldige terloopse opmerking, maar dit bericht bracht direct beroering en tweespalt in het hechte team. Een gelletje is een hoog geconcentreerd sport preparaat met veel suikers en koolhydraten die snel in je lichaam opgenomen worden. Niet te nassen, maar al snel had iedereen wel een paar van die gelletjes in het achterzakje van zijn of haar schaatspak.

 

WeissenseeNa viereneenhalf uur schaatsen rijden we voor de honderd kilometer onder het finishdoek door. We zijn op de helft! En we liggen een half uur onder het schema. Als we in dit tempo doorschaatsen kunnen we de tocht misschien uitrijden onder de tien uur. Onder de tien uur… hallo, we zijn pas op de helft! Mijn benen zijn nog fris. Een extra gelletje houdt ze sterk. Mijn rug is het probleem: de twee lange spieren langs mijn ruggengraat beginnen te protesteren. Voor de zekerheid kauw ik twee paracetamol weg. Een ander lid van Team Foske slikt al een week magnesium tegen spierkramp, dus ik vergeef mezelf deze zwakte.

 

Het gebruik van sportprestatie verhogende middelen is een glijdende schaal waar niet tegenop te schaatsen valt. Eerst de gelletjes, toen de magnesium, vervolgens bekende de één na de ander uit ons team dat er al dagen bietensapjes werden gedronken. Bietensap verhoogd de zuurstofopname van je bloed met 15%, voor de mindere goden een absolute aanrader. En kort daarna betrapte we een ander teamlid op het stiekem drinken van Carbo Energy Superior van Born: ‘…om de beperkte lichaamseigen voorraad glycogeen aan te vullen en zorgt tevens voor een direct transport van Preptopro® naar de spieren. Dit helpt om de spierschade te verminderen en verhoogt het prestatievermogen door het verlengen van het tijdstip tot vermoeidheid. Smaak: grapefruit.’ Eén voor één biechtte de teamleden op dat eigenlijk het hele assortiment van sportpreparatenfabrikant Born was aangeschaft.

 

Alle voorbereiding ten spijt, het ijs is ongenadig. Ongenadig hard vooral. Vooral als je valt. Een lid van team Foske kust de ijsvloer net één keer te veel. Zijn lichaam weigert verder te schaatsen. Opstaan is meteen weer vallen. Na honderdvijfendertig kilometer moet team Foske de moeilijkste beslissing nemen waar een team voor kan komen te staan… We laten een man achter op het ijs… De Tocht der Tochten wacht op niemand, maar wij rijden door met twijfel in de benen. Is het egoïstisch om door te rijden? Maar iedereen is hier om de tocht uit te rijden, in elke tijd, maar toch het liefst zo snel mogelijk. Dan ben je er maar van af… Nog één keer kijk ik om en zie het rode schaatspak van ons vijfde teamlid kleiner worden tot de rode stip oplost in de enorme witte ijsvlakte…

 

Weissensee 4Het doek, voor de twaalfde keer, honderdvijftig kilometer in de benen. We schaatsen nog steeds onder het schema van tien uur. Ik kijk om me heen hoe de koppen van Team Foske staan. Verbeten, maar vastberaden. We gaan deze tocht uitrijden! De eerste vijftig kilometer rijd je op enthousiasme, de volgende honderd kilometer op karakter, maar de laatste vijftig kilometer… Iemand in ons team schijnt ampullen met guarana, cafeïne en menthol te hebben. Een indianenmiddel dat: ‘De Adem van God’ wordt genoemd… Nee! Die laatste vijftig kilometer, die rijd je alleen uit als je in staat bent om niet meer na te denken.

 

We sluiten ons aan bij een groepje snelle schaatsers. Snelle schaatsers?! In het laatste deel van de tocht! Niet nadenken, schaatsen! Twee rondes achter elkaar. We liggen ruim onder het schema van tien uur. De rondetijden vliegen naar beneden, maar ik betaal een hoge prijs. De felle pijnscheuten in mijn onderrug kan ik niet meer negeren. Door de snelheid van deze groep krijg ik geen tijd om te herstellen. Mijn focus ligt niet meer bij mijn schaatsen en het ijs, maar bij de pijn in mijn lichaam. Ik moet even stoppen, maar de Tocht der Tochten wacht op niemand…

 

Om de Alternatieve Elfstedentocht uit te rijden moet je het spel beheersen om te schaatsen op voor jou zo goed mogelijke condities. In deze laatste rondes blijkt wie zeker is van zijn of haar eigen kracht en wie heeft geleund op de kracht van anderen. De tweeëneenhalve ronde die ik in de eerste honderd kilometer met mijn kop in de wind als locomotief van ons treintje heb gereden moet ik nu terugbetalen.

 

In de verte zie ik de drie overgebleven leden van team Foske wegrijden. Ik weersta de competitieve drang om er achter aan te gaan. Als ik mijn focus bij mijn rug heb, zie ik geen scheuren en zal ik zeker vallen en misschien anderen meesleuren ook nog. Redenaties, verstand, ik had het moeten uitschakelen… Maar nog voordat de verslagenheid in mijn benen kan zakken en mijn spieren zal verpappen staat ons gevallen vijfde teamlid als een beschermengel voor mijn neus met een ouderwets en probaat middel dat bijna altijd werkt: Een blikje Cola! ‘Opdrinken. Nu!’ beveelt hij. Als een soigneur pept hij me op en schreeuwt me terug het ijs op. En daar ga ik weer.

 

Na twee kilometer solo, schaatst een klein groepje mij voorbij. Precies het goede tempo: ‘Mag ik met jullie de laatste twee rondes uitrijden?’ vraag ik hen. ‘Natuurlijk!’ klinkt het antwoord joviaal. Ik haak aan en kan weer dromen van de finish. Dromen van het blarenbal. Over twee rondes – nog vijfentwintig kilometer – dan dans ik in de feesttent met een kruisje om mijn nek. Op onze schaatsvariant van UGG’s hebben we geen blaar kunnen oplopen, maar ik zal straks op toch wel vermoeide voeten en de vrolijke klanken van het dweilorkest de polonaise lopen tot die blaren alsnog op mijn voeten staan. Zoals het een lid van het Nederlandse volk betaamt zal ik de ijsklassiekers meelallen en verbroederend meedeinen tegen de maat in, van links naar rechts. We hebben geen ritmegevoel, maar schaatsen kunnen we! In mijn dromen haal ik alvast een rondje schuimend glühwein.

 

Weissensee 3Met een schok ben ik terug in de realiteit. In de verte zie ik de poort over het ijs, daar is de finish! Op de klok staat negen uur en dertig minuten. Mijn skibril mag af, direct voel ik de snijdende ijswind tegen mijn gezicht. Ik scheur me los van mijn laatste treintje, bedank de locomotieven en maak nog twee, drie, vier slagen, mijn armen mogen eindelijk de lucht in. ‘Jorrit!’ wordt er naar me geroepen. Rechts, langs de baan bij de finishpoort staat het voltallige ‘Team Foske’. Na alle preparaten in de voorbereiding heb ik nu, na tweehonderd kilometer, geen Fisherman’s Friends meer nodig om te janken. De tweehonderd kilometer van de Alternatieve Elfstedentocht. Het is volbracht!

Sorry, het reactieformulier is gesloten op dit moment.